Uitgelezen brabbeling, Volume 1

Front Cover
Muller, 1851 - 151 pages
 

Selected pages

Other editions - View all

Common terms and phrases

Popular passages

Page 98 - Op mij bliksemend haar stralende blijheid, Hebben zoo zeer bekneld mjjn jonge vrijheid, Dat ik gewillig haar gevangen ben gebleven. Haar liefde heeft mijn reden zoo ten onder gedreven, Dat ik, versuft in haar schoonheid te aanschouwen, Zoo hardnekkig mijn beloofde woord zal houwen , Dat ik naar ander te zien mij niet zal begeven. Geen ander sporen zullen mij wandelen doen, Geen ander kiekens zullen uit dees eieren broên, Noch tot geen ander Santin mjjn devocy strekken...
Page ii - ... het maar ten halve. Driewerf jammer, dat de schade onboetbaar is, — of waardoor wilt gij het verlies vergoeden ? Kieskaauwer noch pilaarbijter, loop ik hoog met de brabbeling van eenen onzer oudste dichters, als schets der zeden eener burgerij, met moeite aan velerlei dwang ontworsteld, en alreede geprikkeld tot velerlei lust, — onderscheide ik, wat meer zegt, er die wijsbegeerte van het gezond verstand in, welke weldra de hollandsche worden zou, — biedt zij stoffe te over aan voor studie...
Page 13 - t Water hebben lustige zinnen, In de Warmoesstraat dragen ze hoogen moed, In de Kal verstraat doen ze niet dan spinnen, Op den Burgwal wonen, die waardig zijn om beminnen, Op den Dam daar hebben ze blozende kaken, Maar in den arm mogen ze mij meest vermaken.
Page 78 - Gij zijt zoo schoon en zoet van wezen, Dat ik voor u niet bid den Heer, Dan dat hij u slechts bchoude in wezen, Want schooner maakt hij u nimmermeer.
Page 48 - Die een magere koe koopt ,met een vette pans, Die is bekocht voor het gansche jaar; Dan dien een kwaad wijf om niet \vordtuitgegeven, Die is bekocht voor al zijn leven.
Page xii - Brood bakt zonder te heven of zuren, En maakt verzen zonder merg daarin, Mag vrij denken, in zijn zachten zin, Dat zijn zoetsappig werk niet lang zal duren.
Page 114 - En al, die daar God en zijn gebod verachten, Zullen met verdriet in hun boosheid versmachten; Maar die billijkheid beminnen en justicy krooneu, Daar zal de zoete vrede bij komen wonen.

Bibliographic information