Verklarende geslachtlijst der Nederduitsche naamwoorden, op stellige taalkunde gevestigd, Volume 3Immerzeel, 1834 - Dutch language |
Other editions - View all
Common terms and phrases
Aanteek adjectief adjectivum afleiden algemeen beteekende beteekenis beteekent bladz Boekhandelaar te Amsterdam bruikt byzonder Cats collectivè collectivum contractie Deensch desgelijks diminutief draad draaien Duitfchers Duitſche eerfte eerſte eigenlijk adjectief Engelfche faamgetrokken famen famenhangt famentrekking fche fchoon flaan flag flechts flikken foort Franfche Fransch woord Franſche frequentativum ftaan fteen ftof fubftantief gebruikt geflacht gelijk gemeen genomen goed Goth Gothisch Griekfche hiervan Hooft Hoogd Hoogduitsch Huydecoper infinitivus Ital Italiaansch koomt kwalijk laatſte Latijn Latijnfche Latijnſche lijk M. V. Kl maken meê naam noemde noemt onderfcheiden onze Ouden oorfpronklijk Ooſterſche oud Fransch oudtijds participium Perzisch plant præteritum ſche ſchijnt Spaansch ſtaan ſtof taal thands Thema toepasfing toont trekken tuil tureluur Turksch tusfchen uitgang V. M. Kl vedel verbasterd verbum verftaat Vergelijk verouderd verſtaan verwant verwantſchap visch vogel voorheen vorming waarvan Walewein want we-en werkwoord wijch wortel wortelfylbe wortelwoord zeel zegt zeiden zelfde woord zich-zelf zijpen