Inleiding tot de oeconomi der inheemsche samenleving in Nederlandsch-Ïndie: ten behoeve van het personeel van het Volkscredietwezen |
Common terms and phrases
17e eeuw aanplant aardnoten adat adatgezag archipel Atjeh bedrijf behoeften belangrijke beteekenis bezitter Borneo Buitengewesten cassave Chineesche Chineezen Compagnie copra Criwidjaja desa dikwijls Djambi dorpsgemeenschap dowo Ngempit Gondang eeuw eigen Europeesche export gebieden geheel geldverkeer gemeenschap gewassen gezag gezinnen goed grond grondbezit groote grootendeels grooter handelaars handelsgewassen handelslandbouw handelsverkeer hoeveelheid Huender Indonesische Indonesische dorp inheemsche arbeiders inheemsche bevolking inheemsche dorp inheemsche handel inheemsche maatschappij Inlandschen landbouw Java Java en Madoera Javaanschen handel Javanen kapitalisme kapok Klappers koelies koffie kust landbouw landbouwer landbouwproducten loonen macht Madoera Makassar maken Malakka Maleische markt Mataram Mataramsche menschen Molukken monopolie Ned.-Indië noodig oeconomische ontwikkeling oogst opkooper padi Paiton Palembang peper Portugeezen prijzen Probolinggo producten rijk slechts specerijen steeds sterk streken Sumatra tusschen uitheemsche Uw ressort verschillende voedselbouw Volkscredietwezen vooral vorsten wanneer Waroeng dowo Ngempit wederzijdsch hulpbetoon welvaart Westersch kapitalisme Westersche cultures Westersche ondernemingen wetan Waroeng dowo Wiradesa Sragi Kedoeng zelf zelfgenoegzame zooals zooveel mogelijk